Omschrijving
De e-step: soms een motorvoertuig, soms ook niet
Jaargang
2025 - 2026 (89)
Pagina
242
Auteur(s)
S. Van Overbeke
Trefwoorden

WEGVERKEER

Bijkomende informatie

Actualiteit

Coördinatie: Vincent Sagaert en Dirk Scheers

De e-step: soms een motorvoertuig, soms ook niet

De kans is groot dat u er, als weggebruiker, een mening over hebt: de elektrische step, kortweg e-step. Naar verluidt is het een handig ding voor wie zich ermee verplaatst, het flitst je in een oogwenk van de ene plaats naar de andere, zelfs in het meest hectische en dichtgeslibde stadsverkeer. Voor de andere weggebruikers zijn e-steppers niet zelden een bron van ergernis: ze duiken onverwacht op, laveren tussen alles door en snorren aan vaak verbijsterende snelheden voorbij, waarbij ze al menigeen tot schrikachtige en bruuske maneuvers hebben genoopt. Het juridische statuut van de e-step is evenwel geen eenvoudige, of toch zeker geen eenduidige, kwestie. Een voertuig is het zeker, maar is het ook een motorvoertuig?

Ons recht kent niet één uniforme definitie van wat een motorvoertuig nu precies is. Dat kan ook moeilijk anders, gelet op de verschillende finaliteit van de desbetreffende wetgevingen. Wat een motorrijtuig is voor bv. de Wet op de verplichte verzekering (art. 1 WAM), valt daarom niet noodzakelijk samen met wat een motorvoertuig is in het Wegverkeersreglement (art. 2.16), nog afgezien van het feit dat daarin wordt bepaald dat gemotoriseerde voortbewegingstoestellen voor de toepassing van dat besluit niet worden gelijkgesteld met motorvoertuigen (art. 2.15.2 Wegverkeersreglement). De definities van het Wegverkeersreglement kunnen bovendien niet zomaar worden toegepast op de Wegverkeerswet, want die definities worden uitdrukkelijk voorbehouden «voor de toepassing van de bepalingen van dit reglement» (aanhef van art. 2 Wegverkeersreglement). Nu voorziet de Wegverkeerswet zelf echter niet in een definitie van wat in die wet onder een «motorvoertuig» precies moet worden begrepen.

In een recent arrest diende het Hof van Cassatie zich hierover uit te spreken in het licht van het rijverbod (Cass. 16 september 2025, AR nr. P.25.0771.N, conclusie B. De Smet - zie verder in dit nummer op p.261). Diverse verkeersinbreuken kunnen worden bestraft met een verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig (art. 38, § 1, Wegverkeerswet). Bovendien kan de overtreder die lichamelijk of geestelijk ongeschikt wordt bevonden tot het besturen van een motorvoertuig, ook bij wijze van veiligheidsmaatregel vervallen worden verklaard van het recht tot sturen (art. 42 Wegverkeerswet). Wie zich niet houdt aan het hem opgelegde verbod en zich toch met een motorvoertuig in het verkeer begeeft, pleegt het misdrijf van het besturen van een voertuig spijts het uitgesproken verval van het recht tot sturen (art. 48 Wegverkeerswet). Mag iemand die tot een dergelijk verval werd veroordeeld, echter nog met de e-step de weg op?

Het Hof beantwoordt die vraag negatief. Vertrekkend van de vaststelling dat het begrip (motor)voertuig niet is omschreven in de Wegverkeerswet, gaat het Hof ervan uit dat dit begrip voor de toepassing van de vermelde wetsbepalingen moet worden gebruikt «in zijn gewone betekenis». We laten het arrest voor het overige even voor zich spreken: een motorvoertuig, begrepen in zijn gewone betekenis, is elk voertuig dat wordt voortgestuwd door enkel een mechanische kracht, geleverd door een verbrandingsmotor of een elektrische motor, dit wil zeggen door een mechanische kracht die het voertuig autonoom kan laten bewegen zonder het gebruik van spierkracht door de bestuurder ervan, met uitsluiting evenwel van een mechanische kracht die enkel trapondersteuning of een meeloop- of wegrijhulpfunctie biedt. Of voor het besturen van dat voertuig een rijbewijs vereist is, heeft geen belang. Evenmin is van belang of het starten van de gemotoriseerde aandrijfkracht, buiten het manipuleren van een hendel, pedaal of knop, een fysieke inspanning zoals een duw of een stap vereist. Hieruit volgt dat een elektrische step een motorvoertuig of voertuig is zoals hier bedoeld.

Het strafrecht dient zich te houden aan het beginsel van de strikte interpretatie. Dat staat er echter niet aan in de weg dat de Strafwet kan worden toegepast op feiten die de wetgever indertijd onmogelijk kon voorzien - volgens ChatGPT zou de doorbraak van e-steps in het straatbeeld dateren van 2017 - op voorwaarde dat de wil van de wetgever in dit verband duidelijk is (cf. art. 4 van het nieuwe Sw.). Wie een verval van het recht tot sturen heeft opgelopen, denkt alvast beter tweemaal na alvorens hij met zijn e-step, hoverboard of gyroskates, met zijn segway of ander tuig de baan opgaat.

Steven Van Overbeke