Gehandicapte - Tegemoetkoming - Vreemdeling ingeschreven in het vreemdelingenregister

Bij arrest nr. 3/2012 van 11 januari 2012 heeft het Grondwettelijk Hof geoordeeld dat art. 4 van de wet van 27 februari 1987 betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap geen schending inhoudt van art. 10 en 11 Gw., gelezen in samenhang met art. 191 Gw., met art. 14 EVRM en met art. 1 van de Eerste Aanvullend Protocol bij het EVRM, in zoverre het de vreemdeling die ingevolge een machtiging om in het Koninkrijk onbeperkt te verblijven in het vreemdelingenregister is ingeschreven, niet het voordeel toekent van de tegemoetkomingen aan personen met een handicap. Het Hof was van oordeel dat de bedoelde vreemdelingen niet doen blijken van een voldoende band met België om recht te te kunnen hebben op de bedoelde sociale voorziening.