Strafwet - Legaliteitsbeginsel - Belaging - Telecommunicatie - Welzijn op het werk
In het arrest nr. 71/2006 van 10 mei 2006 heeft het Arbitragehof zich, in antwoord op prejudiciële vragen, uitgesproken over het wettigheidsbeginsel in strafzaken. Het Hof heeft voor recht gezegd dat dit beginsel niet is geschonden door art. 442bis Sw. (de strafbaarstelling van de belaging) noch door art. 114, § 8, 2ú, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, vóór de opheffing ervan bij de wet van 13 juni 2005 (de strafbaarstelling van het gebruik van telecommunicatiemiddelen «om overlast te veroorzaken» of «schade te berokkenen»). Daarentegen heeft het Hof deze laatste bepaling strijdig bevonden met art. 10 en 11 van de Grondwet in zoverre, voor diegene die gebruik maakt van een telecommunicatiemiddel om zijn correspondent overlast te bezorgen, zij voorziet in straffen die merkelijk zwaarder zijn dan die waarin art. 442bis Sw. voorziet voor diegene die iemand belaagt door diens rust ernstig te verstoren. Ten slotte heeft het Hof ook art. 81, 1ú, van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk strijdig bevonden met art. 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet, in zoverre het een overtreding van art. 5, § 1, eerste lid en tweede lid, i), van dezelfde wet strafbaar stelt, wegens de vaagheid van deze laatste bepalingen.