Afstamming - Vordering tot onderzoek naar het vaderschap - Biologische vader - Belang van het kind - Kind jonger dan één jaar

Bij arrest nr. 61/2012 van 3 mei 2012 heeft het Grondwettelijk Hof beslist dat art. 332quinquies, § 2, eerste lid WB art. 10 en 11 Gw. schendt, in zoverre het de rechter bij wie een vordering tot betwisting op grond van art. 318, § 5 BW aanhangig is gemaakt, gedurende het eerste levensjaar van het kind, door een man die beweert de biologische vader te zijn van dat kind, niet de mogelijkheid beidt controle uit te oefenen op het belang van het kind bij het vaststellen van de afstamming.