Faillissement vennootschap - Batig saldo - Vereffening - Rol curator
De sluiting van het faillissement heeft de ontbinding van de rechtspersoon tot gevolg en ook de onmiddellijke sluiting van de vereffening (art. 83 Faillissementswet). Indien er nog een batig saldo is, rijst de vraag of de rente die tijdens het faillissement werd geschorst, alsnog verhaalbaar is op dit actief en of hierbij nog een rol is weggelegd voor de curator (zie over deze problematiek: M. de Theije, «Verhaalbaarheid van intresten op het batig saldo van het faillissement van een vennootschap», RW 2004-05,1102-1104). Evident is dit niet. Art. 80 Faillissementswet bepaalt immers dat de sluiting van het faillissement een einde maakt aan de opdracht van de curatoren, zij het dat een uitzondering wordt gemaakt voor wat betreft «de uitvoering van de sluiting». In een arrest van 13 oktober 2011 (10.0570.N) beslist het Hof van Cassatie dat de bepalingen van de Faillissementswet niet uitsluiten kan dat, wanneer de gefailleerde een rechtspersoon is, de curator onder toezicht van de rechtbank de rente van de schuldorderingen die buiten de faillissementsvereffening is gebleven, mag voldoen uit het batig saldo van de vereffening.