Rechterlijke organisatie - Parketjurist - Referendaris - Geldelijke anciënniteit

In zijn arrest nr. 184/2006 van 29 november 2006 heeft het Arbitragehof art. 365ter, § 5 Ger.W. vernietigd, in zoverre die bepaling art. 371, § 2, a, Ger.W. van toepassing verklaart op de referendarissen en parketjuristen bij de hoven van beroep en bij de rechtbanken van eerste aanleg. Die bepalingen houden in dat bij de berekening van hun geldelijke anciënniteit de tijd van inschrijving bij de balie slechts in aanmerking wordt genomen wanneer die op het tijdstip van de benoeming vier jaar te boven gaat. Het Hof ziet hiervoor geen redelijke verantwoording, bv. in vergelijking met magistraten, des te meer omdat de ervaring aan de balie specifieke kenmerken heeft die ook gelden tijdens de eerste vier jaar.

p 779 | 184/2006 | | Arbitragehof