Milieu - Heffing voor niet-herbruikbare drankverpakkingen - Wetgevende norm die de essentie van een eerder vernietigde norm overneemt

Bij zijn arrest nr. 186/2005 van 14 december 2005 had het Arbitragehof de artikelen 358, b,c en d, en 359 van de programmawet van 22 december 2003 vernietigd. In dat arrest oordeelde het Hof dat de afschaffing van de vrijstelling van de heffing voor de niet-herbruikbare drankverpakkingen die, per soort grondstof, bestaan uit een minimumhoeveelheid gerecycleerde grondstoffen, niet verantwoord was. De wet van 20 juli 2006 verving de vroegere regeling door een nieuwe, waarbij alle drankverpakkingen aan een heffing zijn onderworpen, maar waarbij die heffing gelijk is aan nul voor de herbruikbare drankverpakkingen die in de vorige regelingen waren vrijgesteld. Bij arrest nr. 156/2006 van 18 oktober 2006 heeft het Hof de nieuwe regeling geschorst, omdat ze de essentie overneemt van de vroegere regeling en door hetzelfde gebrek is aangetast. Op grond van dezelfde motieven werd de nieuwe wet vernietigd bij arrest nr. 9/2007 van 11 januari 2007.

p 1058 | 9/2007 | | Arbitragehof