Erfenis - Beschermde persoon - Machtiging om te testeren - Geneeskundige verklaring

In het arrest nr. 87/2015 van 11 juni 2015 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat art. 488bis, h), § 2, zesde lid BW, gelezen in samenhang met art. 488bis, b), § 6 BW, in die zin geïnterpreteerd dat de ontstentenis van overlegging van een omstandige geneeskundige verklaring gevoegd bij het verzoekschrift of, in spoedeisende gevallen, overgelegd binnen acht dagen na het verzoek van de vrederechter, leidt tot de niet-ontvankelijkheid van de vordering die ertoe strekt de beschermde persoon ertoe te horen machtigen over zijn goederen te beschikken bij schenking onder levenden of bij uiterste wilsbeschikking, en niet kan worden gedekt door een door de vrederechter bevolen medisch deskundigenonderzoek, art. 10 en 11 Gw. schendt.

p 38 | 87/2015 | | Grondwettelijk Hof