Strafvordering - Voorrecht van rechtsmacht - Magistraten van de hoven van beroep - Regeling van de rechtspleging

In arrest nr. 131/2016 van 20 oktober 2016 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat art. 479 tot 482bis Sv. een schending inhouden van art. 10 en 11 Gw., in de interpretatie dat de zaak, na het beƫindigen van het door het Hof van Cassatie gevorderde onderzoek, niet aan dat Hof moet worden teruggezonden maar de procureur-generaal bij het hof van beroep alsdan bevoegd is om te beslissen of de zaak al dan niet naar het vonnisgerecht moet worden verwezen. Dezelfde bepalingen houden geen schending in van art. 10 en 11 Gw., in de interpretatie dat de zaak, na het beƫindigen van het door het Hof van Cassatie gevorderde onderzoek, aan dat Hof moet worden teruggezonden, dat in het kader van een procedure op tegenspraak zal overgaan tot de regeling van de rechtspleging en daarbij de toereikendheid van de bezwaren en de regelmatigheid van de rechtspleging zal beoordelen.

p 600 | 131/2016 | | Grondwettelijk Hof