Gemeenschapsonderwijs - Inspecteur godsdienst - Verlies van vertrouwen - Ontzetting uit ambt - Controle

In het arrest nr. 45/2017 van 27 april 2017 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat art. 9, vierde lid, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving de artt. 10, 11 en 24 Gw., gelezen in samenhang met de artt. 6, 13 en 14 EVRM, schendt in de interpretatie dat de inspecteur godsdienst die het vertrouwen heeft verloren van het hoofd van de eredienst waartoe hij behoort, moet worden ontzet uit het ambt waarvan hij titularis is, zonder dat zijn werkgever (de Franse Gemeenschap) en vervolgens de Raad van State, controle kunnen uitoefenen op de redenen die tot dat verlies van vertrouwen hebben geleid. Het Hof is evenwel van oordeel dat de bepaling grondwetconform kan worden geïnterpreteerd, in die zin dat de voormelde controle wel mogelijk is.

p 1480 | 45/2017 | | Grondwettelijk Hof