Schade – Medisch ongeval zonder aansprakelijkheid – Schade als gevolg van infectie
In het arrest nr. 136/2017 van 30 november 2017 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat art. 2, 7°, van de wet van 31 maart 2010 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg geen schending inhoudt van de artt. 10 en 11 Gw., in zoverre het abnormale schade definieert als schade die zich niet had mogen voordoen in de huidige stand van de wetenschap, waardoor het ertoe leidt dat schade als gevolg van een medisch ongeval zonder aansprakelijkheid, waaronder schade als gevolg van een infectie, al dan niet kan worden vergoed, naargelang die schade vermijdbaar dan wel niet vermijdbaar was, rekening houdend met de huidige stand van de wetenschap.
Het Hof oordeelt dat art. 5, 2°, van dezelfde wet evenmin de artt. 10 en 11 Gw. schendt in zoverre het de patiënten die geen beroepsactiviteit uitoefenen, uitsluit van het begrip «voldoende ernstige schade», gedefinieerd als schade die voor de patiënt leidt tot een tijdelijke arbeidsongeschiktheid gedurende minstens zes opeenvolgende maanden of zes niet opeenvolgende maanden over een periode van twaalf maanden.