Inkomstenbelasting - Afzonderlijke aanslag - Achterstallige erelonen - Pro deo-vergoeding
In het arrest nr. 65/2017 van 1 juni 2017 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat art. 171, 6°, tweede streepje, WIB 1992, zoals het van toepassing was op de aanslagjaren 2010 en 2011, de artt. 10, 11 en 172, eerste lid, Gw. niet schendt in zoverre het geen verschil in behandeling instelt tussen de advocaat die een vergoeding ontvangt wegens prestaties van juridische tweedelijnsbijstand die gedurende een periode van meer dan twaalf maanden zijn verricht terwijl hij ingeschreven was op de lijst van de stagiairs van de Orde van advocaten, en de advocaat die zo’n vergoeding ontvangt voor prestaties die zijn verricht na zijn inschrijving op het tableau van de Orde van advocaten.
p 39
| 65/2017
|
| Grondwettelijk Hof