Vreemdeling – Verblijfsaanvraag – Administratieve kosten – Retributie – Vrijstelling erkende staatlozen

De programmawet van 19 december 2014 voerde een retributie in op de aanvragen voor een machtiging of toelating tot verblijf op het Belgische grondgebied van vreemdelingen, om de administratieve kosten voor de behandeling van die aanvragen te dekken. Met het arrest nr. 18/2018 van 22 februari 2018 vernietigt het Grondwettelijk Hof art. 1/1, § 2, van de Vreemdelingenwet van 15 december 1980, ingevoegd bij art. 196 van de voormelde programmawet, in zoverre het niet voorziet in een vrijstelling voor de aanvragen voor een verblijfsvergunning die uitgaan van erkende staatlozen ten aanzien van wie wordt vastgesteld dat zij hun nationaliteit buiten hun wil hebben verloren en die aantonen dat zij geen wettige en duurzame verblijfstitel kunnen verkrijgen in een andere Staat waarmee zij banden zouden hebben. Voor het overige verwerpt het Hof de ingediende beroepen.