Inkomstenbelastingen – Rechtspersonen – Fairness Tax – Handhaving – Unierecht
Met het arrest nr. 24/2018 van 1 maart 2018 vernietigt het Grondwettelijk Hof de artt. 43 tot 49 en 51, eerste en tweede lid, van de wet van 30 juli 2013 houdende diverse bepalingen, die de zogenaamde Fairness Tax invoeren. Het Hof had daarover eerst prejudiciƫle vragen gesteld aan het Hof van Justitie (zie : GwH 28 januari 2015, nr. 11/2015 en HvJ 17 mei 2017, C-68/15). Het Hof handhaaft de gevolgen van de vernietigde bepalingen voor de aanslagjaren 2014 tot en met 2018. Gelet op het beginsel van de voorrang en van de volle werking van het recht van de Europese Unie, geldt die handhaving, teneinde dubbele belasting te vermijden, evenwel niet voor de belastingaanslagen waarbij de Fairness Tax werd geheven ten laste van de Belgische vennootschappen die binnen de werkingssfeer van de richtlijn 2011/96/EU vallen.