Orde van Vlaamse Balies - Ordre des barreaux francophones et germanophone - Rechtsmiddelen - Voorziening in cassatie - Vereiste van tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie

Bij het arrest nr. 99/2005 van 1 juni 2005 heeft het Arbitragehof in art. 501, § 1, derde lid, Ger.W. de woorden «door een advocaat bij het Hof van Cassatie» vernietigd. Om zich te conformeren aan het arrest nr. 16/2003, dat het vroegere art. 501 Ger.W. had vernietigd, heeft de wetgever dat artikel vervangen bij art. 20 van de wet van 22 december 2003. Volgens dat artikel moeten de door een advocaat of een belanghebbende bij het Hof van Cassatie ingediende verzoekschriften tot nietigverklaring van de reglementen van de Orde van Vlaamse Balies of van de Ordre des barreaux francophones et germanophone op straffe van nietigheid ondertekend zijn door een advocaat bij het Hof van Cassatie. Hoewel de verplichting om een beroep te doen op de ambtelijke tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie teneinde een cassatieberoep in civiele zaken in te stellen verantwoord is door de bijzondere aard van dat buitengewoon rechtsmiddel, is dat niet het geval wanneer het Hof van Cassatie, zoals te dezen, uitspraak doet in het raam van een objectief geschil dat in eerste en laatste aanleg voor dat Hof wordt gebracht. In dat laatste geval wordt het recht op toegang tot een rechter immers aan een onredelijke beperking onderworpen en is er een onverantwoord verschil in behandeling tussen de advocaten en de beoefenaren van een ander vrij beroep. Bijgevolg vernietigt het Arbitragehof in de bestreden bepaling het vereiste van tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie.