Douane en accijnzen - Milieutaksen - Misdrijven - Geldboeten - Verzachtende omstandigheden
In het arrest nr. 111/2009 van 9 juli 2009 heeft het Grondwettelijk Hof geoordeeld dat art. 395 en 396 van de gewone wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur art. 10 en 11 van de Grondwet schenden, gelezen in samenhang met art. 6.1 E.V.R.M., in zoverre zij het de strafrechter op geen enkele wijze mogelijk maken de in die bepalingen bedoelde geldboete, die verschuldigd is bij overtreding van de wetgeving inzake milieutaksen, te matigen indien er verzachtende omstandigheden bestaan, terwijl een dergelijke mogelijkheid wel wordt overgelaten aan de administratie. De uitspraak van het Hof ligt in de lijn van de arresten nrs. 138/2006, 165/2006, 199/2006 en 81/2007.
p 86
| 111/2009
|
| Grondwettelijk Hof