Successierechten - Onjuiste aangifte - Geldboete - Overdraagbaarheid op de erfgenamen

In het arrest nr. 119/2009 van 16 juli 2009 heeft het Grondwettelijk Hof geoordeeld art. 132 van het Wetboek der successierechten, gelezen in samenhang met de artikelen 126, 128 en 131 van hetzelfde Wetboek, art. 10 en 11 van de Grondwet schendt gelezen in samenhang met art. 6 E.V.RM., doordat die artikelen toelaten dat een erfgenaam gehouden is tot betaling van een fiscale geldboete, opgelegd na het overlijden van de nalatige belastingplichige, wegens niet- of onvolledige aangifte van de nalatenschap, terwijl in het gemene strafrecht het principe van de persoonlijkheid van de straf geldt (art. 86 Sw., art. 20 Voorafgaande Titel Sv.), alsook het vermoeden van onschuld (art. 6 E.V.RM.).

p 86 | 119/2009 | | Grondwettelijk Hof