Fiscale procedure - Cassatieberoep - Bijstand advocaat

De precieze draagwijdte van art. 378 W.I.B., gewijzigd door de wet van 15 maart 1999, over de bijstand van een advocaat bij het instellen van een cassatieberoep, gaf aanleiding tot uiteenlopende interpretaties.

In een arrest van 9 maart 2006 oordeelt het Hof van Cassatie (F.04.0052.N) dat, gelet op het beginsel van art. 1080 Ger. W. waarop art. 378 W.I.B. een uitzondering vormt, het verzoekschrift in cassatie, wanneer dit uitgaat van de belastingplichtige, dient te worden ondertekend en neergelegd door een advocaat.

p 1199 | F.04.0052.N | | Hof van Cassatie