Jeugdbescherming - Als misdrijf omschreven feit - Uithandengeving - Samenstelling van het hof van assisen

Bij arrest nr. 154/2010 van 22 december 2010 heeft het Grondwettelijk Hof het beroep tot vernietiging verworpen dat door de vzw «Défense des Enfants - International - Belgique - Branche francophone (D.E.I. Belgique)» en de vzw «Ligue des Droits de l’Homme» werd ingesteld tegen de wet van 31 juli 2009 «tot wijziging van artikel 119 van het Gerechtelijk wetboek en van artikel 57bis van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade» en van art. 119, § 2, Ger.W., zoals dat artikel werd vervangen bij art. 209 van de wet van 21 december 2009 tot hervorming van het hof van assisen. Het Hof heeft de middelen deels onontvankelijk verklaard omdat de grieven geen betrekking hadden op de bestreden bepalingen maar op de wet van 13 juni 2006 waarover het Hof reeds uitspraak heeft gedaan in zijn arrest nr. 49/2008. Ten aanzien van de grieven van de verzoekers betreffende de samenstelling van het hof van assisen bij de berechting van minderjarigen, oordeelde het Grondwettelijk Hof dat de wetgever, door te bepalen dat voortaan de meerderheid van de leden van het hof van assisen over een specifieke opleiding in jeugdzaken moet beschikken, tegemoetkomt aan het voormelde arrest nr. 49/2008.

p 895 | 154/2010 | | Grondwettelijk Hof