Telecommunicatie – Bewaring van gegevens – Privacy – Prejudiciële vragen Hof van Justitie

In het arrest nr. 96/2018 van 19 juli 2018 besliste het Grondwettelijk Hof om, n.a.v. een beroep tot vernietiging van de wet van 29 mei 2016 betreffende het verzamelen en het bewaren van elektronische gegevens, prejudiciƫle vragen te stellen aan het Hof van Justitie. Dat Hof moet bepalen of het Europees recht verbiedt dat de wet, op algemene wijze, aan de operatoren en aanbieders van elektronische communicatie de verplichting oplegt om de verkeers- en locatiegegevens te bewaren, in die zin dat deze bewaring niet alleen het onderzoeken, opsporen en vervolgen van feiten van zware criminaliteit tot doel heeft, maar ook het waarborgen van de nationale veiligheid, de verdediging van het grondgebied en van de openbare veiligheid of het onderzoeken en vervolgen van andere feiten dan die van zware criminaliteit.

p 400 | 96/2018 | | Grondwettelijk Hof