Sociale zekerheid – Socialezekerheidsbijdrage – Verplichting tot inhouding – Hoofdelijke aansprakelijkheid – Sociale fraude – Schuldvergelijking

In arrest nr. 105/2021 van 8 juli 2021 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat art. 30bis, §§ 3 en 4, vierde lid, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, zoals ingevoegd bij de wet van 27 april 2007 en vóór de wijziging ervan bij art. 7 van de wet van 20 juli 2015, geen schending inhoudt van de art. 10 en 11 Gw. in zoverre de hoofdaannemer die zijn schuld aan een onderaannemer die sociale schulden heeft, ziet tenietgaan door schuldvergelijking, op dat ogenblik niet meer kan ontsnappen aan zijn hoofdelijke aansprakelijkheid voor diens sociale schulden, terwijl de hoofdaannemer die wel betalingen verricht aan de onderaannemer dat wel nog kan.

p 388 | 105/2021 | | Grondwettelijk Hof